Ik sta er niet alleen voor! Brian Doerksen ontdekt de Psalmen

Soms heb ik het gevoel tegen de stroom in te zwemmen. Daar komt Marc weer met z’n klaagliederen, dat hoeft toch niet in de eredienst? Dat is iets van het Oude Testament, zeker die wraakteksten. En op andere manieren is er toch ook aandacht voor in de dienst, in de preek bijvoorbeeld? En ik wil al helemaal niet het beeld creëren dat ik álleen maar die klaagliederen wil. Maar als ze er zo goed als niet zijn… Dan kan ik mijn mond toch niet houden? De bijval die ik veelal krijg is uit de traditionele kerk. Heel leuk en aardig, maar daar zouden ze soms misschien wat meer lofprijs en aanbidding kunnen gebruiken (waarbij ik snel opmerk dat aanbidding breder is dan een paar liedjes zingen, maar voor het gemak noem ik het toch even zo).

Medestanders
Het is fijn als je medestanders hebt. Natuurlijk, ik kan wel wat namen noemen uit de evangelische wereld, bijvoorbeeld Kees van Setten, Evert van der Poll of Hans Riphagen. Maar dit zijn geen grote bekenden als je weinig of geen theologische boeken en tijdschriften leest. Deze mensen hebben me juist op dit spoor gebracht, net als Psalmen voor Nu. Maar zie daar: Brian Doerksen! In mijn cursus gebruik ik al een filmpje van hem (zie onder) en al eerder heb ik zijn geweldige interpretaties van Psalmen ontdekt. In de band The Shiyr Poets gaat hij – net als Psalmen voor Nu – het ambitieuze avontuur aan om alle Psalmen op muziek te zetten. In zijn geheel, met de moeilijke teksten. Wauw! De eerste nummers zijn veelbelovend. Op de eerste cd staan Psalm 1 t/m 10 en 30. Ik luister er erg graag naar.

Interview
Omdat Doerksen binnenkort naar Nederland komt – helaas kan ik er niet bij zijn – verscheen vandaag een interview met hem in het Nederlands Dagblad. Wat hij daar zegt, daar word ik erg blij van. Zo geeft als antwoord op de vraag ‘Hoe kijk u aan tegen de worshipmuziek in het algemeen?’ dit:

Ik ben niet altijd een fan van de ontwikkelingen op worshipgebied. Ik zie veel eenzijdigheid. Er is veel dankbaarheid en lofprijzing. Het lijkt wel alsof we allemaal het beeld willen hooghouden dat het goed met ons gaat. Klagen in ons lied vinden we moeilijk. Ik geef regelmatig workshops aan muzikanten uit lokale gemeenten en vraag dan altijd hoe vaak ze het afgelopen jaar een klaaglied hebben laten zingen: meestal is de respons nul tot vijf procent. We doen ons in de kerk massaal beter voor dan we zijn, en ontkennen de problemen. Dat is wat mensen uit de kerk houdt. Zij herkennen zich niet in mensen waarmee en liederen waarin het altijd goed gaat. We proberen de pijn zo veel mogelijk te vermijden.

Confronterend
Hij raakt hier precies de essentie van het probleem. Er is te veel eenzijdigheid en we zien niet eens de ruimte om eens een klaaglied te zingen. Het komt bij sommigen niet eens op! Hoe kan dat? De bron ligt bij de theologie, denk ik. Als daar al duidelijk de nadruk ligt op positieve kanten van het geloof (als je er maar voor bidt, in God is alles overwonnen etc.), hoe kunnen we dan nog zingen over de pijn die we stiekem allemaal wel meemaken? Dan is een lied waarin opeens niet wordt gezongen wordt over hoe geweldig God is, maar waarom Hij niets van zich laat horen confronterend. Dat gebeurt juist in de Psalmen! Doerksen zegt daar nog iets moois over:

Veel mensen willen die reis overslaan. Maar de Psalmen vertellen juist het verhaal van die reis. De Psalmen laten je ook beseffen dat je deel uitmaakt van een lange geschiedenis die God met zijn volk maakt.

Hoe lang?

We hoeven niet alleen te zingen dat God geweldig is (maar laten we dat vooral wel blijven doen!!!), maar ook hoe moeilijk het soms is. Dat we worstelen, op reis zijn met alle ongemakken van dien. En misschien gaat ons hier wel voor de wind, maar onze broeders en zusters in Syrië niet. Laten we dan ook eens voor hen zingen. Verandering kost tijd (en ik ben ongeduldig!). Zo is in Opwekking overall maar zo’n 2% een klaaglied. Maar op de laatste cd’s vinden we dit onderwerp voorzichtig ook ingang vinden. Op de laatste cd twee liederen. En daarvan is een Psalm 13, van… Brian Doerksen! Hoe lang, voordat we regelmatig een klaaglied zingen?

God kan wel tegen een stootje…

Vandaag bracht ik een van mijn dochters naar bed, maar ze wilde door mama naar bed gebracht worden. Om logistieke redenen was het toch echt handiger dat ik het zou doen. Natuurlijk was ze het er niet mee eens! Een boos kind van zes naar boven gebracht, die naar eigen zeggen niet van me houd. Natuurlijk wel van mama. Ik heb haar maar gewoon even bij me gepakt en even laten huilen, en het me niet persoonlijk aangetrokken. Dat gaf lucht en konden we aan de slag, tanden poetsen enzo. In de badkamer begon ze al bij te trekken en had ze bedacht dat er een ding is wat papa kan en mama niet: verhaaltjes verzinnen van Curry de Draak. Geen boek voorgelezen, maar wel een nieuw avontuur van Curry de Draak bedacht. Alles was weer goed!

Toen dit allemaal gaande was, moest ik denken aan de klaagpsalmen. Daarin worden soms best pittige dingen over God gezegd. Zo kwam ik vandaag Psalm 44 tegen, waarin woorden als deze staan “Waarom verbergt u uw gelaat,
waarom vergeet u onze ellende, onze nood?” (vers 25). Net als bij mijn dochter zit het even niet goed. De ellende die het volk doorstaat is natuurlijk van een totaal andere orde dan de situatie van mijn dochter, maar een ding komt wel overeen: God/de vader krijgt de schuld. God krijgt allerlei verwijten naar Zijn hoofd, ik dat mijn dochter niet meer van me houd. Blijkbaar kun je dat gewoon zeggen tegen God. Blijkbaar is het niet erg om even je grief bij Hem neer te leggen. Ook al is het niet waar, althans niet feitelijk – wel vanuit jouw beleving. En natuurlijk houd mijn dochter nog van me (maar altijd nog meer van mama natuurlijk). En zo blijft Israël in deze Psalm ook pleiten bij God: “Sta op, kom ons te hulp,
verlos ons, omwille van uw trouw.” (vers 27). En God? God kan wel tegen een stootje! Hij heeft het tenminste ongecensureerd in de Bijbel laten staan…

Durven we dit in de kerk van vandaag ook nog te zingen, als het even tegenzit? Of zit het ons nooit tegen?