Tijd voor een nieuwe zomerserie. Naar aanleiding van een aantal nieuwsberichten over megakerken lijkt het me wel aardig om een aantal blogposts aan dit onderwerp te spenderen. In 2010 sloot ik mijn studie theologie af met een onderzoek naar dit onderwerp. Het inmiddels zeven jaar verder en de ontwikkelingen hebben niet helemaal stilgestaan. Zaken die ik de revue wil laten passeren zijn: wat is nu eigenlijk een megakerk, hoe is de situatie in Nederland en de situatie wereldwijd en hoe kunnen we (positief) kritisch naar dit fenomeen kijken? In deze eerste post wat nu eigenlijk een megakerk is.
Wat is een kerk?
De eerste vraag die beantwoord moet worden is: wat is een kerk? In het dagelijks taalgebruik heeft dit woord namelijk meerdere betekenissen: kerkgebouw, gemeenschap van alle christenen, kerkgenootschap, gezagsdragend orgaan van een kerkgenootschap en kerkdienst. Kerk is een verbastering van een Grieks woord dat zo veel betekent als “dat wat van de Heer is” en komt als zodanig niet voor in de Bijbel. Daar wordt vooral de term ekklesia gebruikt, letterlijk “geroepen van uit”. De seculiere betekenis van “een publieke vergadering” werd ook gebruikt in de Griekse vertaling van het OT voor het woord qahal, vergadering (van Israël). In het NT krijgt dit de betekenis van een lokale gemeente, breder de totaliteit van alle gemeenten in een regio of aarde en nog breder de “universele” of “onzichtbare” gemeente. Kerk wordt meestal synoniem gebruikt. Als het gaat om een megakerk, wordt de betekenis van een lokale gemeente bedoelt.
Wat is mega?
Bij ‘mega’ denken we al gauw aan iets heel groots, iets wat impact heeft. Welke richtlijnen daarvoor zijn verschillend, maar grofweg wordt de grens van 2000 bezoekers per weekend gehanteerd. Lyle E. Schaller deelt kerken in naar grootte, van klein (<= 100), middelgroot (101-350), groot (351-750), zeer groot (751-1800) tot megakerk (>=1800). Carl F. George heeft het over groeifasen (5-35, 50-100, 200-1000, 1000-3000, 3000-30000 en 30000 of meer). Kerken met meer dan 30.000 leden noemt hij metagemeenten. Bezoekers is doorgaans een betere richtlijn dan leden, omdat het aantal leden nog niets zegt over de opkomst.
Wanneer is een kerk een megakerk?
Is een kerk met ongeveer 2000 of meer bezoekers per weekend per definitie een megakerk? In het boek Beyond Megachurch Myths maken de auteurs (op basis van onderzoek in de VS) Thumma en Travis onderscheid tussen vier soorten:
- Old line/program based kerken zijn cultureel homogeen, zijn traditioneler in vormen en hebben sterke banden met het kerkverband.
- Seeker kerken richten zich op jongere generaties met hedendaagse diensten, de band met het kerkverband is losser.
- Charismatisch/pastor-focused kerken zijn vaak minder homogeen in samenstelling en hebben uitbundige diensten, vaak speelt de voorganger een belangrijke rol en zijn ze minder vaak aangesloten bij een kerkverband.
- New wave/re-envisioned kerken keren zich meer af van seeker kerken, grijpen terug op traditionele inhoud in een eigentijdse vormgeving. Vaak is er geen aansluiting bij een kerkverband, of heel erg los.
De vraag of je Rooms-katholieke kerken moet meerekenen wordt door de meeste literatuur (die ik tijdens mijn onderzoek kon vinden) negatief beantwoord. Thumma en Travis noemen dit expliciet met als redenen onder andere de typisch katholieke liturgie, andere leiderschapsstructuur, het ontbreken van een groot programma aanbod en geen gebruik van moderne middelen. Die vraag geldt ook, in ieder geval in de Nederlandse situatie, voor gereformeerde kerken in de rechterflank (zoals de Gereformeerde Gemeenten). Die heb ik in ieder geval buiten beschouwing gelaten in mijn onderzoek, omdat ik de focus heb gelegd op kerken in de breedte van evangelische beweging. Daar gelden in elk geval dezelfde argumenten als hierboven genoemd bij RK kerken: typische liturgie, het ontbreken van een groot programma aanbod en geen gebruik van moderne middelen. Je zou evengoed een aantal subcategorieën kunnen toevoegen (katholiek en traditioneel protestant bijvoorbeeld), waar ik voor zou pleiten.
Megagemeenschap of megagebouw?
Als er in de media nieuws is over ‘megakerken’, dan wordt bijna altijd bedoelt: een heel erg groot kerkgebouw. Het oude wikipedia artikel had dezelfde benadering, maar ik kon het niet laten om dit (voorzien van goede verwijzingen) aan te passen. Zo was er onlangs het stuk over een megakerk in Yerseke, waarbij de focus toch wel erg sterk ligt op de grootte van het gebouw. Nu vermoed ik dat het met de kerkgang wel goed zal zitten in een Gereformeerde Gemeente, maar ik geloof niet dat het om de grootte van het gebouw gaat. Dan kun je de Sint Janskathedraal in mijn woonplaats ‘s-Hertogenbosch ook wel mee rekenen (in elk geval het grootste vloeroppervlak). Het gaat juist om de gemeenschap, het zijn niet 2000 individuele bezoekers van een kerkdienst elk weekend, maar 2000 mensen die samen een gemeenschap vormen.
In een volgend stuk zal ik verder gaan op dit onderwerp. Zoals hoe de situatie in Nederland en wereldwijd is en ik zal zeker ook terugkomen op een aantal kritiekpunten. In de tussentijd kun je het commentaar van Sjirk Kuijper uit het ND lezen.
LikeLike
Ik heb het filmpje nog niet gezien, wel al e.e.a. over gelezen. Erg interessant, ik neem het zeker mee in een vervolgblog!
LikeLike
Pingback: Zorgt de megakerk voor een megageloof?
In Nederland ontstaan megakerken vooral omdat er te weinig dominees meer zijn. In o.a de zware gezindte.
LikeLike
Pingback: Geschiedenis van megakerken (Zomerserie over megakerken deel 2) | Gloria en Kyrie
Pingback: Megakerken in Nederland en de rest van de wereld (Zomerserie over megakerken deel 3) | Gloria en Kyrie
Pingback: Een paar overwegingen bij megakerken (Zomerserie over megakerken deel 4) | Gloria en Kyrie
Pingback: Hippe kerkdiensten gaan de kerk niet gaan redden | Gloria en Kyrie