En toen begreep ik Psalm 137…

Bij de rivier

Een van de aller-aller-allerheftigste Psalmen is Psalm 137. Een onbeschrijfelijk trieste Psalm in een onbeschrijfelijk moeilijke situatie met een onbegrijpelijk einde. Kunnen we dit wel begrijpen? Lezen? Zelfs zingen? Een poging om deze Psalm te begrijpen. Kunnen we het zo vrolijk zingen als Boney M in Rivers of Babylon? Of past de treurige versie van Psalmen voor Nu beter? Lees de Psalm eerst eens op je gemak door.

Aan de stromen van Babel, daar zaten wij neer,
daar weenden wij tranen, denkend aan Sion;
onze citers hingen al aan de wilgen.
En daar eisten juist die rovers gezang.
Vrolijkheid wilden die beulen:
‘Zing voor ons eens een lied op Sion.’
Hoe zouden wij het lied van de HEER kunnen zingen,
zingen hier op vreemd grondgebied?
Jeruzalem, als ik u ooit vergeet,
mag mijn rechterhand verdorren;
mijn tong mag aan mijn gehemelte kleven
als ik niet meer aan u zou denken,
als Jeruzalem niet meer mijn alles is.
HEER, reken de Edomieten de val van Jeruzalem aan,
hoe zij riepen: ‘Neer, tegen de grond met haar.’
Jij, dochter Babel, vernielzuchtige vrouw,
gelukkig degene die vergeldt wat jij ons misdeed;
gelukkig degene die jouw kinderen grijpt
en tegen de rots verplettert.

Schokkend
Als je de laatste woorden tot je door laat dringen… dat kun je toch niet zeggen? Laat staan zingen? En dit staat dus gewoon in de Bijbel? Zulke schokkende taal? Laat het even tot je doordringen. Er staat dus dat als je onschuldige kinderen (even los van de discussie over erfzonde) die behoorden tot het volk van Babel op gruwelijke wijze vermoord, je zalig bent. Serieus? Niks geen politiek correcte taal… Psalmen voor Nu durfde het aan hem integraal op te nemen. Luister maar eens.

Het hoofd afwenden is geen optie…
Het staat er. De Bijbel, die christenen veelal van kaft tot kaft geloven (ik ook). Laatst schreef ik al dat het niet onverstandig is moeite te doen om de Bijbel dan wel goed te lezen. Dat is in dit geval zeker aan te raden. Want het hoofd afwenden is geen optie. Laten we een paar vragen beantwoorden voordat we een oordeel vellen.

Genre
Het genre is poëzie. Dichterlijke taal, geen theologische taal. De Psalm is geschreven vanuit de persoonlijke beleving van een balling in Babel. Het is meer dan een gedicht, maar ook een lied. Wat een beetje dubbel is, want de schrijver geeft juist aan dat ze niet in staat zijn om te zingen…

Context
Het is goed om te beseffen wat de situatie is waarin de schrijver zich bevindt. Het is een van de ballingen die weggevoerd zijn naar Babel. De situatie is schrijnend, ze hebben blijkbaar te maken met folteringen en gevangenschap, bovenop het ontheemd zijn van hun eigen land. Ze doorstaan verschrikkelijke dingen. Amper nog in staat om voor God te zingen, maar hun land wordt niet vergeten.

Vergelding?
Belangrijk is om ook te beseffen dat er staat “zalig wie zal vergelden aan jou, je wandaad, door jou begaan aan ons“. Vervolgens wordt beschreven wat dat is. Met andere woorden: de ballingen hebben voor hun ogen zien gebeuren wat hier beschreven wordt. Dat moet verschrikkelijk zijn geweest. Baby’s op deze wijze vermoord zien worden. Ik kan me niet voorstellen hoe erg dat moet zijn geweest. Is het dan begrijpelijk dat iemand in zijn woede dit opschrijft? Dat er op dat moment even geen plek is voor vergeving, maar alleen roep om vergelding?

Yad Vashem
Een jaar of zeven geleden ben ik in Israël geweest, ook in Yad Vashem. Dit is het holocaust museum in Jeruzalem. Dit is een indrukwekkende plek, maar het meest indrukwekkend is het kinder memorial. In een donkere ruimte worden de namen van alle (bekende) vermoorde kinderen omgeroepen. Er zijn ontelbaar veel sterren te zien, symbool voor de kinderen. Om een indruk te krijgen, bekijk dit filmpje eens:

Dit was een heftige ervaring, en verliet de ruimte dan ook niet met droge ogen. Wat verschrikkelijk. Het deed me later wel beseffen: dit is waar Psalm 137 ook over gaat. Over al die kinderen die vermoord zijn, onschuldig. Omdat ze toevallig joods waren. Dit mogen we nooit vergeten.

Vergeving?
In Yad Vashem klonk geen roep om vergelding. Is vergeving mogelijk? Het standaard christelijke antwoord is: ja, in Jezus Christus. Dat klinkt bijna goedkoop, maar is het gelukkig niet. Maar de schrijver van deze Psalm was er nog niet aan toe, ook al was het principe van vergeving in Israël bekend. Soms moet de pijn, het leed uitgesproken worden. En dat mag blijkbaar gewoon. Stel je voor: jij bent slachtoffer van iets verschrikkelijks, seksueel misbruik bijvoorbeeld. Hoe vaak hoor je van andere christenen dan als slachtoffer dat je de dader moet vergeven? Mag het slachtoffer nog boos, verdrietig zijn? Tijd krijgen om de pijn een plek te geven? Om te helen? Laat een slachtoffer maar boos zijn. Huilen. Razen en tieren. Laat zo iemand eens een Psalm als deze lezen.

Verwerken
Er is een theorie dat verwerking een aantal fasen doorgaat (n.a.v. onderzoek van Elisabeth Kubler-Ross): ontkenning, protest/woede, onderhandelen en vechten, depressie/verdriet en acceptatie. Ik heb ook gezien dat hier nog een extra stap aan toegevoegd wordt: zingeving. Wat we doen als we te snel om vergeving roepen is direct naar de laatste twee stappen: acceptatie en zingeving. Geen ruimte voor woede, vechten, verdriet. In deze Psalm vinden we deze stappen terug. En ze zijn gezond, omdat ze deel uit maken van de verwerking.

Vertrouwen?
Maar het lied is niet het einde. Na dit lied komt Psalm 138:

Op naam van David.
Ik prijs U met heel mijn hart;
onder het oog van de goden zing ik een loflied op U.
Ik buig mij diep naar uw heilige tempel,
ik prijs U voor uw liefde en trouw;
groter dan verwacht is uw naam, is uw woord:
nauwelijks riep ik of U hebt geantwoord,
en levensmoed in mij opgeroepen.
Alle vorsten van de aarde, HEER, moeten U prijzen,
wanneer zij vernemen wat uw mond heeft gezegd.
Zij moeten de wegen van de HEER bezingen,
want de glorie van de HEER is groot.
De HEER ziet de onderdrukte, hoe verheven Hij ook is;
hoe hoog Hij ook staat, Hij zorgt voor je van ver.
En als ik verder ga, van alle kanten bedreigd,
dan houdt U mij in leven, vijandige woede ten spijt;
U strekt uw hand naar mij uit,
uw rechterhand brengt mij redding.
HEER, die voor mij opkomt,
uw liefde kent geen grenzen:
HEER, laat wat uw hand gemaakt heeft niet in de steek.

Wat een contrast: “nauwelijks riep ik of U hebt geantwoord, en levensmoed in mij opgeroepen.” Waar in Psalm 137 amper geprezen kon worden, hier is weer vertrouwen, aanbidding. We hoeven niet te blijven hangen in de ellende, we mogen vertrouwen op God. Het mooie is: er mag ruimte zijn voor de ellende. Maar er is altijd balans. De Psalmen zijn geen bluessongs. Wat ben ik blij met die mooie balans, hoe moeilijk dit soms ook te begrijpen is. Maar in moeilijke tijden trek ik er mij aan op dat ik Psalmen heb die voor mij spreken. Dat ik gestuurd wordt richting vertrouwen op God. En zo kan ik Psalm 137 begrijpen. Een beetje… (maar we eindigen met een vrolijker noot: Psalm 138 door The Psalm Project)